Geen categorie

De wetten van Aventurië

Door een vraag van Sjon Noordhoek in het forum kwam ik er achter dat de mannen van Luc niet stil zitten. Er is een nieuw regelwerk in de maak met de titel »De wetten van Aventurië« Mijn nieuwsgierigheid was zo groot dat ik het eens ging bekijken en wat ik er van vind zal je verbazen. Dit is een veelbelovend boek en iets wat ikzelf graag had gemaakt maar waar LT Publications nu voortvarend aan het werken is.

In het voorwoord staan al wijze woorden en wordt uitgelegd waarom ze bepaalde keuzes hebben gemaakt om het boek zo te maken zoals het nu is. LT Publications is begonnen om de nieuwste versie van Das Schwarze Auge naar het Nederlands te vertalen met OdM5 maar is ook bezig met wat zij noemen de Klassiek reeks, dat zijn de boeken en regels die in de vorige eeuw werden gebruikt, versies 1, 2 en 3. Dit regelwerk gaat over versie 1 met een vleugje versie 1.5.

Waarom is niet alles van versie 1.5 overgenomen wordt uitgelegd en in mijn optiek geheel terecht. Met dit boek wil LT Publications mensen een eenvoudige manier geven om te beginnen met het Rollenspel en met de wereld van Aventurië. Daarom zitten de talenten er niet bij maar wel zaken als Uithoudingsvermogen en de Schelm. Zo is er een nieuwe versie ontstaan, ik noem die maar OdM 1 2022. En ik kan niet anders dan Luc en zijn mannen complimenteren met deze keuze en met het maken van dit Regelwerk.

Het boek is nu nog lang niet klaar, wat ook duidelijk vermeld wordt op de drivethrurpg pagina. Het zit nog vol met foutjes en die zullen er allemaal uitgehaald worden. Maar dan is er een prachtig regelwerk dat door een ieder gebruikt kan worden en waarmee de oude avonturen ook gespeeld kunnen worden.

Het is nog onduidelijk of er in de toekomst ook voor OdM2 en OdM3 een vernieuwd regelwerk komt, het voorwoord geeft mij de indruk dat die er wel ooit gaan komen. Voor nu kunnen we ons verheugen op dit regelwerk. Ik zou de uitgever een verzoek willen doen; maak ook een versie die een Meester kan geven aan nieuwe spelers, DEEL 1, 2, 4, 8, 9 en 10. De nieuweling kan dan vooraf de spelavond al een keuze maken welk type zij wil worden en waar ze vandaan komt en welke god haar voorkeur heeft, alles natuurlijk als de dobbelstenen het toelaten.

Natuurlijk zijn er zaken die ik graag anders had gezien, om te beginnen de vormgeving. De keuze is al lang gemaakt met de andere boeken uit de Klassiek-reeks dus dit is een al gelopen race maar toch zeg ik het (weer): waarom de minder mooie lay-out van de Duitsers gekozen en niet op basis van de net wat mooiere variant van de Selecta boeken? Ook de vormgeving van de kaft kan mij niet bekoren.

Termen die alles behalve Klassiek zijn: Bescherming pantser, Aventurië, Daere, LeP.

het is toch echt de amulet

Maar ik wil dit vooral een positief verhaal laten zijn dus stop ik met klagen.

80 gedachten over “De wetten van Aventurië

  • Ik heb “De Wetten van Aventurië” gedownload én de vooropgestelde prijs betaald (ik ben niet het “krijg-alles-gratis” type.

    Laat me dan ook toe te stellen dat ik het niet helemaal eens ben met Frank. Wanneer je voor iets betaalt, wil je dat alles oké is en dat is het helemaal niet.

    Na het vluchtig doorbladeren enkele opmerkingen:

    1. ODM1.5 heeft NOOIT bestaan, het is de naam die wij in Nederlandse en Vlaamse kringen toebedachten aan de uitbreidingsregels van ons aller ODM1. Gezegde uitbreidingsregels zijn dus werkelijk ODM1.
    2. Het niet weergeven van het eerste “talentensysteem” vind ik enorm spijtig. Het is eenvoudig en alles kon gedobbeld worden door gebruik te maken van slechts één D20 wat de spelers vlug onder de knie hadden.
    3. De Woudelf ontbreekt compleet terwijl de schelm nooit voorkwam in ODM1.
    4. De Heks wordt even vermeld maar dit type wordt nergens beschreven in het boek. Trouwens dit heldentype hoort niet thuis in ODM1.
    5. Aansluitend bij punt 3 en 4 hierboven: in de Duitse heruitgave van ODM1 (Kaiser-Retro-Box”) worden deze twee heldentypes ook niet vermeld. Ook niet in het eveneens heruitgegeven “Abenteuer Ausbau-Spiel”.
    6. Ik vind het dus jammer dat in ODM-Klassiek (“De Wetten van Aventurië”) dingen door elkaar worden geklutst.
    7. Het woordje “Krijger” voor de ons aller geliefde Strijder. Ik ga met Sjon akkoord dat dit helemaal niet “bekt”. Zeker niet indien je op p.6 spreekt over de heldentypes en daar de Strijder vermeldt terwijl je bij het voorstellen van de heldentypes “Krijger” gebruikt.
    8. De beschrijving van de “Schelm” is qua zinsbouw uiterst verwarrend, eveneens qua vertaling naar het Nederlands. En nog eens herhalen … dit is geen type dat bij ODM1 hoort.
    9. Op p.131 (rechts onderaan) wordt een nogal boude uitspraak gedaan: “… omdat ik zo mijn ervaringen heb met rollenspelers. Velen van hen zijn niet te vertrouwen …” Ik weet wat bedoeld wordt maar dit is zeer ongelukkig geformuleerd.
    10. Nog maar eens over de “Schelm”, er worden hem 7 “spreuken” gegeven terwijl hij 7 eenvoudige en 6 “Grote Schelmenstreken” kan uithalen.

    Ik wil geen afbreuk doen aan de “arbeidsuren” die hier werden in geïnvesteerd (ik besef dit beter dan je denkt) MAAR lever een werk af dat terdege is nagekeken en dat inderdaad officieel ODM1-materiaal is.
    Zoals gezegd heb ik betaald (met veel plezier) maar ik had meer verwacht. Het kan een pak beter, zeker t.o.v. mensen die voor het eerst in contact komen met Het Oog des Meesters. Het moet hen aanzetten tot spelen en zich verder verdiepen in de fantastische wereld die Aventurië hen biedt.

    Tot slot even zeggen dat ik het boek vijftien minuten op mijn tablet heb bekeken en na die korte tijd kwam ik dus tot de hierboven aangegeven punten. Wanneer ik het helemaal heb doorgelezen (binnen afzienbare tijd) zal ik zeker nog dingen vermelden.
    Ik heb het dan nog niet over zinsbouw (een stokpaardje als gewezen leerkracht Nederlands) of over mogelijke fouten tegen onze spelling.

    Ik hoop dat met mijn opmerkingen rekening wordt gehouden. En nog eens, hou het aub bij ODM1 zonder er ODM2-heldentypes bij te vermelden.

    Günter

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Hoi, Gunter, dankjewel voor je feedback, hieronder dan weer mijn bedenkingen 😊
      Ik begrijp dat je een afgewerkt boek verwacht, maar toch jammer dat je dan niet eerst even het boek hebt gedownload en daarna beslist om wel of niet de 10 euro te betalen. Er is effectief iemand die eerst het boek gedownload heeft en daarna besloten heeft om de 10 euro effectief te betalen. Er wordt zeer duidelijk gesteld dat het boek in BETA staat. Ik weet ook niet hoe ik deze manier van werken nog duidelijker kan uitleggen. Fijn dat je wilt betalen voor het boek, maar dat kan achteraf ook nog en het kan zelfs in stukjes 😀
      Dan naar je puntjes:
      1. Dat klopt, dat moet uitbreidingsregels zijn. Ik heb dat een paar keer in het voorwoord gevonden en aangepast.
      2. Ik heb enorm veel berichten gekregen dat OdM 1 enorm goed is omdat het eenvoudig en zeer snel instapbaar is. Elk extra systeem maakt het minder eenvoudig, minder instapbaar. Voor mij persoonlijk is het OdM-talentensysteem ook verbonden met het 3D20 systeem. Het OdM 1 – Talentensysteem blijkt daarnaast ook zijn liefhebbers en zijn tegenstanders te hebben. Uiteindelijk hebben wij ervoor gekozen om het uit het Regelboek te houden. Maar, als iemand de vraag stelt om ze vertaald mogen worden en als regelvariant in het scriptorium mogen geplaatst worden, dan sta ik daar niet weigerachtig tegenover. Daar kan over gepraat worden.
      3. Woudelf: Klopt, mijn beslissing om die niet in het regelboek te plaatsen. Want wat doe je dan met de elf? Noem je die dan ineens Rivier- of Auelf? Zet je de Firnelf dan ook in het boek? Krijgen die dan elk hun eigen spreuken, mogen die door elkaar gebruikt worden? De simpelste, zuiverste oplossing was om in het OdM 1 regelwerk de elfen en dwergen niet in hun culturen te verdelen, juist zoals bij de mensen ook niet gebeurt. Waarschijnlijk ga je de regels van de Woudelf wel kunnen terugvinden in de aanhangsels van Het Solo-avontuur – De Zwarte Sikkel. (verwacht in februari)
      4. Heks: wordt inderdaad vermeld: heksenmeester, behekst en koboldheksen vind ik terug. Nu, die term heksenmeester staat evenzeer in de schmidtversie van Het Boek van de Regels van de jaren 80, én is een letterlijke vertaling van Hexenmeister in de Duitse versie. Dat weglaten lijkt me wat gek. Het is niet omdat heksen niet als heldentype beschreven zijn, dat ze niet in Aventurië bestaan.
      5. De schelm kent zijn eerste versie in OdM 1 en wel in de Aventurijnse Bode 11, gepubliceerd in 1987, voor OdM 2. Het is die versie die we in het Regelboek hebben geplaatst. Klopt helemaal dat we die nog eens goed moeten bekijken.
      6. Er is niets door elkaar geklutst.
      7. Strijder en Krijger: dit blijft opkomen, ik heb daar in de facebookgroep een stuk van het verhaal gedaan, maar toch interessant om even in het oude ‘Boek van de Regels’ van Schmidt (De Heilige Graal) even naar het hoofdstuk gevecht te kijken: daar worden die twee termen lustig door elkaar gebruikt. Ik kies ervoor om die twee termen elk hun eigen invulling te geven: Een krijger is iemand die Krijgskunde (talent) studeert op een krijgersacademie, een strijder is een synoniem voor een vechter. Dat laatste is de reden dat Strijder wel degelijk voorkomt in het regelboek, maar niet als heldentype.
      8. Zie hierboven.
      9. Zie oorspronkelijke Boek van het Avontuur, laatste bladzijde. Maar ik sta helemaal open als je dat graag anders geformuleerd wilt zien. Doe gerust een voorstel: luc.teunen1@telenet.be
      10. In de eerste versie van de schelm, die van OdM 1, AB 11, heeft de schelm 7 spreuken.
      11. Het kan beter, dat staat ook duidelijk in de omschrijving. Je krijgt het op dit moment onder je neus geschoven omdat bepaalde zaken op dit moment nog verschoven of aangepast kunnen worden.
      12. Natuurlijk staan er nog veel fouten in. Sommige delen zijn onlangs vertaald en nog niet nagelezen. Alle hulp welkom: luc.teunen1@telenet.be
      Vriendelijke groeten,
      Luc

      Beantwoorden
      • Bedankt voor de uitleg, Luc.

        Vooreerst heb ik die 10 euro graag betaald. Er bestaat zoiets als appreciatie voor iemands arbeid in mijn ogen en daarom doe ik dat altijd. Ik was trouwens degene die eerst gratis had gedownload en daarna weer onmiddellijk opnieuw met betaling. Dat was puur mijn fout.

        De werking van Beta-publicaties is mij zeer bekend, ik werk momenteel ook mee aan een project dat gezien covid-19 even naar de achtergrond is verschoven. Ik weet dus eveneens dat pdf’s in Beta-vorm (bijna altijd) worden aangepast wanneer de auteur (belangrijke) veranderingen aanbrengt.

        En dan over naar jouw 12 puntjes:

        1. Prima aanpassing waarvoor dank van deze ODM-fanaat.

        2. Ik begrijp je maar vind dit zeer spijtig want het is geen moeilijk systeem. Waarom ik daar zo lang kan over “doorbomen” heeft zijn wortels in mijn ODM-verleden. Tijdens de eerste conventie van Palantir werd ons door iemand van Het Spectrum/Selecta gevraagd om de “Ausbau Regeln” te vertalen. Daar is veel tijd en werk ingekropen – zoals jij wellicht weet – om dat dan daarna NOOIT uit te brengen. Daar hebben we onze Nederlandse en Vlaamse spelers echt in de kou laten staan. Ja, ik had dus gehoopt dat het talentensysteem in jouw “Wetten” zou verschijnen. Ik heb echter begrip voor jou uitleg, maar – excuses, ik kan het niet laten – het systeem is helemaal niet moeilijk. Het uitbouwen van de talenten bij verhoging van level is inderdaad niet makkelijk (maar dat kan je eventueel samen met de Meester doen). Het gebruik van talenten tijdens het spel is echter eenvoudiger dan nu.

        3. Woudelf: volledig akkoord met de reden die je geeft want dan zou je inderdaad alle elfen- en dwergenculturen moeten vermelden.

        4. Heks: hier ben ik verkeerd omdat ik dacht dat de Heks als heldentype ging voorkomen in “De Wetten”. Heksenmeesters worden inderdaad al vermeld in de versie van Schmidt. Het heldentype is dus voor ODM2/ODM3.

        5. Schelm: als ik goed gekeken hebt, komt deze als heldentype dus ook pas in ODM2/ODM3. Prima. De Schelm als heldentype komt trouwens voor in Aventurijnsche Bode #15.

        6. Indien punt #4 en #5 juist zijn, is er inderdaad niets door elkaar geklutst.

        7. Strijder en Krijger: tja een heikel punt. Dat zullen jullie wel oplossen. Ik zie een Strijder altijd als een soort “barbaar” en een Krijger als iemand die aan een academie heeft gestudeerd (zoals die ergens in de blauwe “Q-reeks van DSA4 werden beschreven).

        8. Top.

        9. Inderdaad op p.54 … my bad. Voorstellen naar jou sturen of hier op de site zetten, wat heb je liefst?

        10. In de Aventurijnsche Bode staan er inderdaad 7 spreuken (het is #15 als het over het fanzine van Bob Schubert gaat, de publicaties van FPO heb ik niet).

        11. Akkoord. Als het over ODM gaat, ben ik nogal vlug met mijn soms ongebreidelde reacties, excuses.

        12. Dat komt dan zeker in orde.

        Vriendelijke groeten,

        Günter

        Beantwoorden
        • Luc Teunen

          Hi, Gunter,

          2. Ik begrijp dat het jammer vind, we hebben er hier intern ook wel even over bezig geweest. Nu merk ik wel dat het hier wel wat heeft wakker gemaakt, dus ik ben er vrij zeker van dat er nog iets mee gaat gebeuren, zodat – en daar volg ik Sjon helemaal – elke spelersgroep die er mee aan de slag wilt gaan, dit ook kan doen.

          5. Geen idee wanneer de schelm verscheen in de Nederlandse bodes (volgens mij niet in die van de ‘Mountaineer’), Maar in Duitsland was het wel degelijk ‘Aventurische Bote 11′ en die verscheen in volle DSA 1 tijd en is dus een OdM 1 Heldentype. Zoals ik het begrijp was het een aanvulling op de uitbreidingsregels en daarom dat die ook in dit Regelwerk te vinden is. Het is volgens mij ook het enige dan vanuit de Duitse AB’s in de Wetten verzeild is geraakt. We hebben even gespeeld met een bloemlezing van AB-artikelen als bijlage, maar zowel qua lay-out als qua inhoud botste het te erg met de rest van het boek, dus we hebben dat eruit gehaald. Misschien brengen we het ooit uit als compendium als er vraag naar zou zijn, maar eerst hebben we andere katten te geselen.

          6. Kan beide, als je hier iets post, zal er zeker extra feedback komen.

          Vriendelijke groeten,
          Luc

          Beantwoorden
    • @Günter: Dat het boek nog niet af is staat best wel duidelijk aangegeven. Maar bedenk dat als straks de definitieve versie uitkomt, vrij van typfouten en ander ongemak, je gewoon die versie kunt downloaden. Dat is het grote voordeel van een digitaal boek. iets wat met een fysiek boek minder makkelijk is (al zou Lt Pubs nooit deze eerste versie naar de drukker hebben gebracht).

      Jij bent niet blij met het weglaten van de talenten, ik vind het een Meesterzet. Ik zie dit Regelwerk als een nieuwe OdM1, de instap-versie maar wel met alle kennis van ruim 30 jaar van het Oog.
      En je ziet dat Luc luistert naar je op- en aanmerkingen, natuurlijk ga je niet op alle punten je zin krijgen (krijg ik ook nooit 😉).

      Beantwoorden
      • @Frank: ik ken de werkwijze van digitale boeken wel degelijk. En ik weet dat pdf’s door auteurs worden aangepast bij veranderingen. Uiteraard zou deze versie niet naar de drukker worden gebracht. Ik weet dat goed genoeg, mijn reactie was wat al te hevig maar dat heeft te maken met mijn ODM-verleden en wat ik heb zien teloorgaan.

        En inderdaad volgens mij had het talentensysteem er absoluut bij gemogen/gemoeten.

        In elk geval ben ik zeker voorstander van een hernieuwde ODM1. Eigenlijk hebben we daar al enorm lang op gewacht.

        Beantwoorden
  • Luc Teunen

    @Frank

    Ik heb je idee voor een ‘Spelersboek’ doorgespeeld naar het team en men was daar best enthousiast over. We kunnen dat nog niet onmiddellijk realiseren, maar het kan bijvoorbeeld wel zinvol zijn om de relevante delen te selecteren en deze voorrang te geven bij het nalezen, zodat we dat wat snelheid kunnen geven en dat dat er toch snel kan zijn.
    Wordt vervolgd.

    PS. Laat vooral weten of jij als meester of als speler iets met zo’n boek zou zijn. Iets waar veel vraag naar is, schuift op de prioriteitenladder.
    Het regelboek willen we graag hardcover maken, hel spelersboek zie ik eerder als softcover. Feedback?

    Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    @Gunter;
    Ik denk dat het eigenlijk een ‘Godswondertje’ is dat ik nu mijn ogen over “De Wetten van Aventurië” heb mogen laten gaan.
    Laten we wel wezen, het spel was al jaren hooguit in het Duits verkrijgbaar (en veel later ook in het Engels), dus ik heb wel dat trompetter gevoel.
    Natuurlijk zullen er altijd elementen in zitten waar je bij denk “hmmmm, really”.
    Maar ik heb ook de ervaring dat je regels als handvat moet benaderen, niemand zal je iets kwalijk nemen dat jij jouw Strijder behoud, of de zwerver als een Vagebond verslijt (wat eigenlijk mijn insteek was), vertalen is een hels karwei, dus dank aan Luc en de zijne.

    Ik zelf vind het ook best jammer dat er geen talenten systeem is geintroduceerd met het 1D20 opvatting. Andere hand weet ik ook nog dondersgoed hoeveel tijd er in ging zitten om het om te zetten naar de OdM3 3D20 systeem toen, ik zelf doe dan ook (althans bij het zelf spelen om even weer alles aan regels op te frissen) per direct, maar natuurlijk ik ben bekend met het systeem, net als dat ik zelf wel alle types zal gebruiken als alle eigenschappen gebruikt. Dat is lijk mij interpertatie.

    @Luc Ik zelf zweer bij de hardcovers, maar ik snap inmiddels wel dankzij het door jou geschetste kostenplaatje wel, en tja ik denk dat hoewel ik ze echt lelijk vond zo’n softcover volstaat 😉
    Relevant in een spelersboek, ik denk even terug, wij toen hadden standaard de regelboeken (1 2 en 3 al gelang wat nodig was) op tafel. En spelers deden hun ding zelf (er van uit gaande dat men niet vals speelde, wat de meeste inderdaad niet deden), graadverhogingen, eigenschap verhogingen, talent verhogingen ect, Daarbij een regelwerk waar de algemene dingen belicht worden is prima.
    Een Lexicon der spelers lijkt mij niet nodig als groep.
    Maar da’s mijn idee.

    Verders, word de discussie Schelm/Heks wel geen OdM1 type hier ook door getrokken, mijn antwoord blijf, dat het niet zo veel uit maakt, waarom kan een Schelm niet verdwalen in Het Woud Waar Geen Terugkeer Mogelijk Is?

    Beantwoorden
  • Interessant leesvoer dat wat mij betreft zeker in hardcover uitgevoerd moet worden.
    Persoonlijk heb ik geen problemen met de al dan niet vermenging van helden types dit verrijkt in mijn inziens het spel zolang ze maar speelbaar zijn binnen de regels van OdM1.

    Hopelijk komt er snel (maar niet gehaast) een gedrukt boek op de markt.

    Een soft cover “spelersboek” lijkt me een prima aanvulling maar niet noodzakelijk.

    Ik begin wel nieuwsgierig te worden naar het talenten systeem van OdM 1.5 waar niet voor gekozen wordt omdat het niet aansluit op andere versies. Heeft iemand hier toevallig een Nederlandse versie van?

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Hoi, Niels,

      Dankjewel voor de vriendelijke woorden.

      De Wetten verschijnen sowieso in hardcover, een spelersboek zou softcover zijn. Het is inderdaad eerder een leuke aanvulling dan noodzakelijk, maar er gaat naar verhouding weinig werk inkruipen en als het mensen blij maakt…

      Zeer moeilijk om een termijn op de zaak te kleven. Als alles vlot loopt is de zomer een haalbare kaart.

      Toch nog even herhalen dat alle heldentypes in de Wetten heldetypes van OdM 1 zijn. De OdM 2 Schelm zal verschijnen in ‘De Helden van Aventurië’ (dat gaat nog even duren, want eerst komt OdM 3 uit).

      Ik kan je niet helpen met een Nederlandse versie van het talentensysteem van OdM 1, er bestaat altijd de mogelijkheid dat deze als officieuze regelvariant wordt uitgebracht in het scriptorium. We moeten even zien hoe dat op de een of andere manier legaal kan, maar als de vraag komt, probeer ik dat mee te realiseren.

      Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    @Niels,
    In de oude Morgensterren staat wel een summiere uitleg van een aantal 1.5 talenten, (uit mijn hoofd 35 van de 50) hoewel geen 1 op 1 vertaling wel een uitleg hoe ze vooral werkte in het spel.

    Beantwoorden
  • @Niels: ik heb dit al eens vermeld, dacht ik, ik heb die vertalingen spijtig genoeg niet meer. Of ik het nog zie zitten om hier opnieuw aan te beginnen, kan ik momenteel niet zeggen.

    Beantwoorden
    • Voor mij hoef je geen extra moeite te doen hoor. Ik ben gewoon nieuwsgierig, meer niet.

      Beantwoorden
      • Leuk dat het “klassieke” ODM heel wat reacties heeft teweeggebracht. Hopelijk zit het nu helemaal terug in de lift. Dat verdient dit spel na te lang in de vergetelhoek te zijn geraakt.

        Een grote verdienste van de site van Frank en “Thumbs up” voor LTPub die de aandacht terug verlegd hebben naar de oorsprong van dit enige Nederlandstalige rollenspel dat nog steeds bestaat. Het kan volgens mij aan een verdiende revival beginnen.

        En wat heb ik spijt dat ik de fysieke exemplaren van de Morgenster nooit heb gehad. Dat was een geweldige bron. Gelukkig kon ik ze hier op de site terugvinden.

        Beantwoorden
  • Regelboek, spelersboek, hardcover, softcover???

    Mijn visie/feedback:

    1. Persoonlijk ben ik altijd voorstander van een hardcover regelboek. Dat is het eerste wat mag uitgegeven worden en wat voor veel spelers belangrijk zal zijn.

    2. Is het anderzijds niet goedkoper voor LTP om het regelboek in A5 uit te geven (ik hou daar eigenlijk ook wel van) en dit misschien aan een lagere prijs aan de klant aan te bieden? Ik zou ze alvast niet “beiden” op de markt brengen. Ik moet wel zeggen dat een hardcover in het “gewone formaat” een pak beter oogt.

    3. Een spelersboek kan ook volgens mij een goed initiatief zijn. De vraag is hoe je dit juist zou opvatten. Dit kan alleszins best in softcover (prijs drukken voor hen die alleen het noodzakelijke willen) of eventueel in A5 (om dezelfde reden).

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      De Wetten komen sowieso in hardcover, spelersboek in softcover, het A5 verhaal is een interessante, niet voor het Regelboek, maar wel degelijk voor het spelersboek. Een klein handig boekje met de meest relevante informatie aan een zo goedkoop mogelijke prijs lijkt me best nuttig te kunnen zijn.

      Beantwoorden
  • Wat de Talenten van de OdM 1 Uitbreidingsregels (1.5) betreft: volgens mij staan die *allemaal* in de Morgensterren, alleen niet samen.
    De spelersgroep van de Morgenster gebruikte zelf slechts 35 van de 50 talenten. Daarom vertaalden ze er in eerste instantie slechts 35. Ik kan momenteel (weinig tijd nu) niet checken in welke Morgenster(ren) precies.
    Later werden ook de 15 resterende talenten vertaald, maar dat was een stuk later. Ik denk dat die 15 talenten allemaal in dezelfde Morgenster staan. Maar ook hier weet ik niet precies in welk nummer.
    Ik wil gerust eens speuren als ik meer tijd heb, maar misschien kan/wil één van jullie dit intussen al doen?…

    En wat jullie (vooral misschien @Gunter) wellicht ook zal interesseren: ik heb de vertaling van Palantir van de Uitbreidingsregels (waar Gunter dus ook aan meewerkte) onderin een oude verhuisdoos teruggevonden!…
    Twee gele boekjes in A5 formaat.
    Nu vond ik die vertaling wel niet zo super. Gunter heeft een veel betere stijl dan die vertalingen doen vermoeden: er staan veel “antwerpismen” in, de Streuner (zwerver/doler) werd zowaar als “paladijn” vertaald, soms discutabele ‘eigen inbrengen’ (al staan die gelukkig apart vermeld) etc. – dus ik denk dat de toenmalige Palantir-redactie het werk van Gunter misschien een beetje verbrod heeft?…
    Ik herinner me in elk geval dat ik de voorkeur gaf aan de vertalingen van de Morgenster en de Aventurijnsche Bode van OdM Leeuwarden (Bob Schubert). Maar deze laatste heeft de talenten nooit vertaald/uitgebracht, voor zover ik weet.
    Maar niet getreurd: de lang verloren gewaande boekjes zijn er! @Gunter: misschien moeten we eens een ‘kopieermoment’ afspreken?… Zelf ben ik o.a. geïnteresseerd in de Nederlandse Aventurijnsche Bodes vanaf nummer 15. 😉 (ik heb dat nummer gedeeltelijk in fotokopies – zonder het avontuur – en nrs 16 en later ontbreken me nog volledig; weet je soms tot welk nr ze gegaan zijn? Of was 15 het laatste nr?).

    Beantwoorden
  • @Tsadir

    Heel erg bedankt.

    Ik heb spijtig genoeg het fanblad “Morgenster” nooit gehad. Gelukkig heb ik ze hier van de site kunnen halen.

    Wat de gele A5-boekjes (die ik niet meer heb) en “onze” vertalingen aangaat, er is daar inderdaad heel wat gebeurd dat mijn vriend en ik niet en/of anders hadden ingeleverd. Spijtig van het vele werk. Wij kregen het pas te zien als het al “af” was. We hebben nooit iets gekregen om na te kijken.

    Ik denk dat ik het al eens eerder vermeld heb, het werk van Bob Schubert was “top notch” en is dat voor mij ook in 2022 nog steeds. Bob heeft de talenten inderdaad nooit vertaald uitgebracht voor zover ik weet. De Scryer’s Kronieken waren helemaal niet goed (en stonden vol taal- en andere fouten). Ik heb ze nog allemaal. Ik had de mijne weggegooid maar een vriend vond de zijne bij een opruiming en die heb ik nu.

    Het laatste nummer van de Aventurijnsche Bode dat ik heb, is inderdaad ook #15. Volgens mij zijn er geen andere verschenen. Ik zal Bob nog eens proberen te contacteren. Ik heb dus alleszins geen #16.

    Je mag mij altijd eens mailen, Tsadir. Ik denk dat je mijn mailadres hebt.

    Beantwoorden
    • Sjon Noordhoek

      @Gunter

      De Talenten (de 35 waar ik het over had) staan in Morgenster 5, pagina 10 en 11….
      Dat waren de talenten die Cor en Ed Doorn toen dachten dat nuttige waren, het zo mij niet verbazen dat de andere 15 later inderdaad ook in De morgenster hebben gestaan….
      In nummer 5 was het blad nog echt een clubblad, voor de spelers 😉

      Beantwoorden
      • @Sjon

        Bedankt ik heb ze gevonden en weet nu waar het overgaat.

        Beantwoorden
        • In morgenster 6 (blz. 8 t/m 11), 7 (blz. 6 t/m 9) & 13 (blz. 8 t/m 12) staan uitgebreidere versies van de “vaardigheden”

          Beantwoorden
  • Wat die Scryer’s kronieken betreft heb je zeker gelijk: ik ben de mijne ook allemaal kwijtgeraakt (ik keek er weinig naar om omdat ik ze niet goed vond), terwijl ik de Morgensterren en Aventurijnsche Bodes wél angstvallig bewaarde…
    Wel een beetje spijtig dat ik “de altaar-tempel van Octhmana” (basis van de God zonder naam in het IJzeren Zwaard) en het avontuur “Dodentocht naar Brythilium” ook kwijtgeraakt ben… (vraag me niet hoe…). Ook spullen van Palantir, maar interessanter dan de Scryer’s Kronieken. Ook al passen ze niet/nauwelijks meer in de latere uitwerking van Aventurië (maar dat geldt voor veel oude zaken).
    De opvolger van de Scryer’s Kronieken, Just Imagine, was wel beter. Met in het eerste nummer mijn avontuur “De Vier Ruiters des Doods”. 😉 Maar van dat magazine heb ik maar een paar exemplaren… (mijn aandacht en – vooral – beperkte budget begonnen toen naar WFRP te gaan, om pas enkele jaren later bij OdM/DSA terug te keren).

    Maar goed, je mag binnenkort een mailtje van me verwachten! 🙂

    Beantwoorden
    • De twee boeken die je vermeldt (“Octhmana” en “Brythilium”) werden geschreven door Marc Bruyneels. Ik heb ze spijtig genoeg ook niet meer. Terzijde: Marc was trouwens een prima “spelmeester”.

      Het verhaal over Brythilium had Marc geschreven naar aanleiding van een kort artikeltje dat ik geschreven had voor ODM1.

      Ik zal dat hier nog wel eens op de site zetten.

      De “Just Imagine” heb ik nooit gehad omdat ik toen niet echt meer bij Palantir behoorde. Indien mogelijk zou ik graag jouw avontuur op deze site zien verschijnen.

      Beantwoorden
  • @Niels: Bedankt voor het opzoekwerk! Dat scheelt weer wat tijd! 🙂
    @Luc (en andere geïnteresseerden): Er is inderdaad een groot onderscheid tussen twee ‘soorten’ Nederlandstalige Aventurijnse Bodes.
    Eerst (periode 1986-87 tot ongeveer 1992, dus OdM/DSA 1 en 2) was er de “Aventurijnsche Bode” van OdM Leeuwarden (Bob Schubert). En de naam van het magazine was wel degelijk exact gespeld zoals hierboven! Zij waren toen de eersten (en enigen?) die “Aventurië” als naam voor het continent gebruikten in plaats van “Avonturië” (en met de “sch” in de titel van de bode als extra archaïsme).
    Later (ongeveer midden/begin tweede helft van de jaren 90) was er de “Avonturijnse Bode” als onderdeel van het fanzine van FPO en de winkel The Lonely Mountain: de Mountaineer.
    FPO gebruikte de naam “Avonturië” voor het continent. Hun “Avonturijnse Bode” bracht vooral vertalingen van gebeurtenissen uit de Duitse Bodes van toen, en minder regels (OdM/DSA 2 & 3) voor zover ik kan nagaan / me herinner. Deze versie van de Bode is in Vlaanderen misschien bekender dan die van OdM Leeuwarden?…
    Als we het over Nederlandstalige bodes hebben, kan er dus makkelijk verwarring ontstaan. Misschien moeten we er daarom steeds “Nederlandse” of “Vlaamse” bij vermelden om een duidelijk onderscheid te maken? En/of héél goed op de spelling letten (en dus uitzonderlijk “Avonturijnse” gebruiken als we het over de Bode van FPO hebben?…)

    Wat de heks en de schelm in v1 betreft: beide heldentypes werden geïntroduceerd tijdens of kort voor de overgangsperiode tussen DSA 1 en 2 (1988, en de magieregels voor DSA 2 verschenen pas in 1989). Daarom verschenen er kort na elkaar voor beide heldentypes regels in beide versies. Ze zijn makkelijk van elkaar te onderscheiden: als er bij een toverspreuk van heksen, schelmen (of wie dan ook) geen “drieproef” (dus 3x de D20 dobbelen) wordt vermeld, dan valt die spreuk nog onder de OdM/DSA 1 regels. Je zal bij die heldentypes dan ook geen start-toverwaardes voor die spreuken zien: nog een indicatie dat het om v1 gaat.
    Men heeft in 1988 de heks en de schelm geïntroduceerd nog voor in 1989 de magieregels voor DSA 2 uitkwamen, en voor beide (voorlopig) DSA 1 regels gebruikt.
    De DSA 1 Schelm verscheen inderdaad in de Duitse Aventurischer Bote 11, in 1987. En in het avontuur Fluch des Mantikors in 1988, voor zover ik kan zien met dezelfde regels: geen 3D20 proef of tovertalentwaardes. Pas toen in 1989 de DSA 2 magiedoos verscheen, werd de schelm (samen met de heks en de andere magische heldentypes) aangepast aan de magieregels van DSA 2 (ook al is Fluch des Mantikors officieel een DSA 2 avontuur, minstens de magieregels werkten nog volgens DSA 1 – voor de andere magische heldentypes gold dit trouwens evengoed tot de magiedoos verscheen).
    In het Nederlands verscheen de Schelm voor het eerst in Morgenster 21&22 van januari/februari 1988, met OdM 1 regels. Daarna volgde begin jaren 90 de Nl Aventurijnsche Bode 15. Daarin wordt de schelm uitgebreid met OdM 2 regels voorgesteld (drieproef, tovertalentstartwaarde,…).
    Dan krijgen we midden jaren 90 FPO en het vertaalde avontuur “de Vloek van de Mantikor”. Daar werd het Duitse origineel vertaald, dus met de Schelm terug volgens OdM 1 regels. Wellicht was het de bedoeling het heldentype later met de OdM 2 magiedoos uit te breiden, maar die doos kwam er nooit…
    Dan nu de heks. In het Duits werd dit heldentype geïntroduceerd in het avontuur “Hexennacht” uit 1988. Net zoals bij de schelm werkten haar regels nog volgens DSA 1, al is Hexennacht officieel een DSA 2 avontuur. Maar pas bij het verschijnen van de magiedoos van DSA 2 in 1989 tovert ze volgens de DSA 2 regels (net zoals de andere magische heldentypes).
    We maakten in het Nederlands voor het eerst kennis met de heks in de Nl Aventurijnsche Bode 6 uit 1988. In dezelfde periode maakten ze ook een vertaling van Heksennacht. Zowel in die bode als in het avontuur zijn de regels voor heksen op de leest van OdM 1 gesnoeid. Wanneer FPO midden jaren 90 Heksennacht vertaalt en uitbrengt, baseren ze zich voor de heksenregels op het Duitse avontuur uit 1988, en niet op de Duitse DSA 2 Magiedoos uit 1989. Wellicht was het wel de bedoeling die te vertalen en uit te brengen, en de heksenmagie dan aan OdM2 te passen, maar dat kwam er dus nooit van…
    Besluit: voor de schelm, en ook voor de heks, bestaan wel degelijk regels die geschreven zijn voor OdM/DSA 1, die zich duidelijk van de DSA 2 regels onderscheiden. Het feit dat die v1 regels (vooral die van de heks) slechts korte tijd van toepassing waren voor ze door de magiedoos van v2 werden achterhaald, doet niets af aan het feit dat beiden perfect met bestaande v1 regels gespeeld kunnen worden, en dus absoluut in de Wetten van Aventurië (OdM 1) thuishoren.

    Voor de Woudelf geldt eigenlijk hetzelfde, al kan ik de reden voor het (voorlopig?) weglaten uit de Wetten deels snappen. Hun schuwheid zou zelfs een extra argument kunnen zijn.
    Aan de andere kant zijn spelerhelden ook wel sowieso buitenbeentjes, wat dan weer een argument pro Woudelfenhelden is…
    Mijn voorstel zou zijn om de Woudelfen er indien mogelijk toch in de Wetten op te nemen, met de toenmalige regels van v1. Toen was er nog geen sprake van dat de twee elfenvolkeren eventueel elkaars spreuken konden gebruiken, dus dat hoeft in de Wetten dan ook niet. Dat was pas mogelijk vanaf DSA 2 (of zelfs 3?… zou het moeten nakijken…); en dat gold evengoed tussen bijvoorbeeld magiërs en druïden.
    De ‘gewone’ elf bleef bij het uitbrengen van de Ausbauset ook gewoon ‘Elf’ heten. Pas in DSA 2 werd het Auelf (of Rivierelf). Dus dat zou voor mij geen probleem vormen. Ik kan me voorstellen dat de meeste mensen en dwergen de elfensoort die ze het meest tegenkomen gewoon ‘elf’ noemen, en specifieker zijn wat zeldzamere elfenvolkeren betreft. Al kan een zinnetje waarin vermeld wordt dat “volgens Aventurijnse geleerden” de naam voor de normale “elf” eigenlijk Auelf of rivierelf is wellicht geen kwaad.
    Wat de andere Elfenvolkeren (en dwergenculturen, en zelfs mensenculturen als Fjarningers, Gjakskers, Ferkinas, Utulus,…) betreft: daar waren in v1 geen specifieke regels voor, dus in de Wetten zijn daar dan ook geen regels voor nodig. Een kleine vermelding van (sommige) hun bestaan kan volstaan, en dan nog: eigenlijk zijn die later toegevoegde volkeren best zeldzaam, en zelfs geleerden herkenden in ‘klassieke’ tijden minder culturele verschillen dan in het huidige Aventurië. Zo blijft het klassieke OdM 1 ook een grotere waas van mysterie uitademen. Sowieso zijn de regels in v1 nog simpel genoeg om aan onderscheiden tussen bvb de verschillende dwergenvolkeren te kunnen voorbijgaan. Het is ook niet alsof die dwergen in v1 verschillend van elkaar toveren, wat regeltechnisch het grote onderscheid tussen de van nature toverkundige (Rivier/Au)Elfen en Woudelfen is. Voor de Firnelfen waren er pas regels vanaf v2, voor Steppenelfen nog later. Dus regels voor hen zijn in v1 niet nodig. Een mysterieuze vermelding van een elfenvolk dat bvb het Eeuwige IJs zou bewonen kan volstaan. In “Onder het Noorderlicht” werd trouwens al vermeld dat Lysira een halve Firnelfin is (speltechnisch is ze een magiër wegens haar menselijke ouder dacht ik). Een volk/cultuur kan dus kort vermeld worden zonder dat daar per se onmiddellijk regels bij moeten horen.
    Als plaatsgebrek het grote probleem zou zijn, kan een introductie van de Woudelf bij het solo-avontuur “De Zwarte Sikkel” natuurlijk ook.

    Oef, dat blijkt een heel epistel geworden te zijn… :-p

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Hoi, Jan

      Dank voor het antwoord.

      Ik vrees dat het verhaal van de schelm en de heks toch net iets complexer is, :
      1. Schelm heeft in OdM 1 één versie en in OdM 2 2 versies, heks heeft in OdM 1 geen versie (ik heb ze niet gevonden) en in OdM 2 twee versies.

      In de Duitse AB 11 vind je de regels van de OdM 1 schelm. Die staat in de Wetten.

      ‘De Vloek van de Mantikor’ en ‘Heksennacht’ zijn beide OdM 2 avonturen. Kijk in de Duitse versie naar het voorwoord, daar spreekt men over de 3 basisdozen: ‘Helden van Aventurië’, enzovoort, dit is het regelwerk van DSA 2. Ook de heldentypes achteraan zijn opgebouwd volgens de OdM 2 heldentypes, maar gebruiken de magieregels van OdM 1 omdat de basisdoos van OdM 2 (Helden van Aventurië) de magieregels van OdM 1 gebruikt. In de Magiedoos van OdM 2 krijgen deze 2 Odm 2 heldentypes dan een update naar de nieuwe magieregels. Daar zijn Gunter en ik het helemaal eens: we gaan OdM 1 en OdM 2 heldentypes niet door elkaar klutsen.
      Het is ook de bedoeling dat – als het regelwerk van OdM 2 af is en we over de magieregels van OdM 2 beschikken – dat we de heldentypes in beide avonturen updaten, zodat er één enkel OdM 2 type voor de schelm en de heks overblijft.

      Wat de woudelf betreft: dat klopt, daar bleef de elf na de Duitse uitbreidingsregels gewoon elf heten, wat gewoon gek is: want is de woudelf ook een elf? kent die dan de spreuken van de elf ? waarom wel waarom niet. Dan maak je zaken onnodig ingewikkeld. Plus dat je dan wel verschillende culturen hebt bij een minder voorkomend volk en dat er bij de mensen – overvloedig aanwezig in Aventurië – geen verschillende culturen hebt…. Allemaal zeer vreemd.
      Als bijlage bij ‘De zwarte sikkel’ vind ik het dan weer zinvoller dan het kleine stukje dat er nu in staat: In de Duitse versie van De zwarte sikkel vind je verkorte spreuken die je dan ‘kan gebruiken om hem als heldentype te gebruiken’. Ze daar dan ineens alles. Het is zeker geen probleem van plaatsgebrek.

      Vervolgens is het de vraag hoeveel extra info dat je in je wereldbeschrijving stopt. Op zich ben ik daar niet onmiddelijk neen, maar balans lijkt me wel het codewoord. Er is ook al de vraag gekomen om meer voorbeelden ivm eigenschapsproeven toe te voegen, waar ik meer voorstander van ben.

      Uiteindelijk is ook al een deel van ‘Het land van het zwarte oog’ vertaald, waar je gewoon meer informatie zal terugvinden, en – teaser – daar ik iemand heb terug gevonden die – lang geleden – het elfenboek grotendeels vertaald heeft en nu voor mij het dwergenboek wilt vertalen, kunnen we alle informatie van ‘Lichte wouden, donkere steden’ op jullie loslaten met alle informatie van de elfen- en dwergenculturen.

      In dat opzicht kan, maar hoeft er geen extra wereldinformatie in de Wetten opgenomen worden, maar kan het wel.

      Zoals altijd ben ik blij met feedback en meningen.

      Beantwoorden
      • Wat de heks betreft heb je inderdaad een punt, omdat er, als we de vroegste versie van de heks nemen, geen regels zijn om die met de talenten van het DSA 1 Ausbauspiel te spelen (voor de schelm zijn die v1 Ausbauregels ivm talenten er wel).
        Helaas was die versie van de heks evenmin aangepast aan DSA 2, de heks had geen talentwaarden, toverwaarden, geen vanaf DSA 2 kenmerkende “3d20 proeven” e.d., tot de magiedoos van DSA 2 uitkwam (de magische heldentypes kregen (pas) in de Duitse Aventurischer Bote 17 wel een update wat hun niet-magische talenten betrof).
        Waardoor die vroegste versie van de heks uit het avontuur Hexennacht dus eigenlijk alleen perfect speelbaar was met het DSA 1 basisspel, dus zonder Ausbauspiel. Net daarom dat ik die versie van de heks in de Wetten niet vind misstaan, aangezien het talentsysteem van het Ausbauspiel er toch niet in opgenomen is. Anders zou dat inderdaad een probleem geven (en blijft een mogelijk probleempje mochten de v1 talentregels apart verschijnen, misschien moet er dan eens uitgemaakt – of in Duitse regelvragen etc. opgezocht? – worden welke v1 talenten er voor de heks moeilijk, normaal en gemakkelijk zijn. Want dat is eigenlijk het enige dat ontbreekt).

        Daarom wil ik ook wijzen op een belangrijk onderscheid dat in de eerste jaren van DSA tussen twee soorten avonturen werd gemaakt, maar in de Nederlandse vertalingen nooit werd meegenomen: enerzijds de Basis-Abenteuer (B1 – B25, van 1984 tot 1989), met op de cover de ervaringsgraden in een blauwe driehoek rechtsboven, en anderzijds de Ausbau-Abenteuer (A1 uit 1985 en verder), met op de cover de ervaringsgraden in een gele driehoek rechtsboven.

        De bedoeling van dat onderscheid was dat je in principe de ‘blauwe’ B-avonturen met enkel de v1 Basisregels moest kunnen spelen (het Ausbauspiel, of vanaf B21 de regels van DSA 2, waren puur optioneel, al stond vanaf ergens in 1988 de DSA 2 basisdoos op de achterflap afgebeeld). Vergeten we ook niet dat in de basisdoos van DSA 2 ook een regelboekje voor beginnende spelers zat, en in dat boekje stonden gewoon de basisregels van DSA 1! Zowel Fluch des Mantikors als Hexennacht behoren tot die B-reeks, en waren dus in eerste instantie ontworpen om met de basisregels van DSA 1 gespeeld te worden, die ook in de DSA 2 basisdoos zaten.
        Daarom is die vroegste versie van de heks wel degelijk volledig compatibel met de basisregels (niet de uitbreidingsregels) van OdM/DSA 1.

        De ‘gele’ A-avonturen waren in eerste instantie ontworpen om met het DSA 1 Ausbauspiel gespeeld te worden (OdM 1.5 zeg maar). Later werden dat natuurlijk de regels van DSA 2, DSA 3 enz… Ze met enkel de DSA 1 basisregels spelen was puur optioneel, en zeker vanaf DSA 3 niet meer praktisch.
        Waar de B-reeks in 1989 stopte met nummer B25 (het onderscheid tussen de A en de B reeks begon achterhaald te raken, men raakte de basisregels beu, de parallelle nummering zorgde voor verwarring,…), Gingen de A-avonturen gewoon verder. De nummering liep doorheen de jaren en edities gewoon verder tot op het einde van DSA 4 (en ik vind het nog altijd spijtig dat ze die nummering in DSA 5 niet bleven aanhouden, maar dat is off topic).
        Maar goed, kan ik dan bij updates op Drivethru toch maar beter ook mijn eerste versie van “de Wetten van Aventurië” bewaren voor het geval de heks eruit zou verdwijnen?… 😉

        Wat de OdM 1 Woudelf betreft kan ik me er zeker in vinden als die in “de Zwarte Sikkel” uitgebreid aan bod komt.
        Dat de (Au/Rivier)elf gewoon “Elf” heet, heb ik geen probleem mee. Maar als je ze om regeltechnische redenen Au- of Rivierelfen wil noemen ook niet.
        Voor de gemiddelde Aventurijn zullen het echter allemaal gewoon “elfen” en “dwergen” zijn: de meesten zullen het onderscheid moeilijk of niet kunnen maken. Zeker in ‘klassieke’ tijden, toen ook binnen-Aventurijns minder over verschillende elfenvolkeren etc. bekend was. De grotere kennis die er nu is, werd ook door (de gevolgen van) bepaalde avonturen (drakenhalscampagne,…) bepaald. Hoe vroeger in de tijd, hoe mysterieuzer. Ook dat mysterieuze en onbekende zou OdM Klassiek (zeker OdM 1) m.i. toch moeten oproepen.

        Wat wereldbeschrijving, volkeren etc… in de Wetten betreft: hier denk ik dat je aangaande de zeldzamere volkeren (m.a.w. die nog niet in de eerste DSA wereldbeschrijving waren opgenomen) met één (al dan niet mysterieus) zinnetje per cultuur of volk kan volstaan. Hun bestaan vermelden, eventueel met een mysterieus sausje overgoten, en klaar. “Less is more” in dit geval. Ook over de Woudelf zou ik in de Wetten al zo’n klein teasertje plaatsen.
        Uitgebreidere informatie kan dan in “Het Land van het Zwarte Oog” of latere volkeren- of regiobeschrijvingen die eerder voor OdM 2 of 3 ontworpen zijn.
        In die zin vind ik het zeer goed nieuws dat je de vertaling (en de vertaler!) van het OdM 3 Elfenboek hebt gevonden, en hij ook de dwergen wil aanpakken!

        Beantwoorden
        • Luc Teunen

          Jep, dat klopt de B1-20/21-25 en de A1-7/8 -…, kan je ook duidelijk terugvinden in de wiki-aventurica.

          Maar neen, de OdM1 Schelm vind je dus wel in de Wetten terug en de heks gewoon niet (die heeft er ook nooit ingestaan).

          Het klopt inderdaad dat de eerste DSA 2 versies van de heks en de schelm wss wel compatibel zijn met met de DSA/OdM 1 regels en je zal dat kleine boekje met OdM 1 regels ook aantreffen binnen de OdM 2 en OdM 3 regelwerken, met als enig verschil dat je in OdM 2 een OdM 1/5 en in OdM 3 een OdM 1/7 systeem zal krijgen.
          De eerste OdM 2 versies van de heks en de schelm zijn echter niet compatibel en bij onze herwerking zijn ook de 3D20 proeven toegevoegd aan de proeven zodat de heldentypes in de twee avonturen niet in de Wetten kunnen.

          Eén van de insteken is altijd geweest: DSA 1 spul in het OdM 1 boek, en enkel die zaken die zorgen voor een eenvoudig en instapbaar boek. En opgepast, apart zijn al die extraatjes wss niet al te moeilijk, maar voeg ze er allemaal in en je bent NIET op een half uurtje aan het spelen.

          Over de elfen: zoals je zelf zegt: voor de meeste mensen zijn alle elfen elfen en alle dwergen dwergen. Laten we het onderscheid maken waar het onderscheid aan bod komt.

          Er staat al zeer veel mysterieus in de Wetten.
          Ik heb genoeg materiaal om nog 100 bladzijden en meer toe te voegen. Maar dan maak je het ‘Het land van het zwarte oog’ weer minder zinvol.

          Mag ik besluiten met de woorden van de auteurs van de DSA Uitbreidingsregels zelve:

          Er zou zeker meer te vertellen zijn over de volkeren en sociale vormen van Aventurië, maar de rapporten van de Hesindepriesters van Kuslik, die als basis dienden voor deze kijk op het leven van de Aventurijnen, onthullen niet veel meer. Misschien komt er later een gelegenheid om andere bronnen te raadplegen, of misschien kunnen sommige van de Meesters die dit lezen hun helden naar delen van Aventurië lokken waar de wijzen in Kuslik niets van weten.

          We zijn aan het einde gekomen.

          Mooi toch?

          Beantwoorden
          • In dat laatste (woorden van de auteurs) kan ik me zeker vinden! De deur openlaten voor meer, zonder (voorlopig) in detail te treden. Perfect ok voor mij!

            Nog een kleine opmerking bij die sfeervolle laatste paragraaf (natuurlijk beseffend dat het werk nog in Beta is, en zonder de Duitse tekst te zien): is de oorspronkelijke Duitse term voor “sociale vormen” Gesellschaftsformen of iets dergelijks? Dan zou ik eerder “samenlevingsvormen” of gewoon “samenlevingen” o.i.d. als vertaling gebruiken. Ik vind “sociale vormen” wat gewrongen klinken in het Nederlands, al kan het inhoudelijk juist zijn. Of was het een tikfoutje en moet het “sociale normen” zijn?
            Ik heb even gezocht naar de Duitse formulering, maar kon die in het DSA 1 Ausbauspiel (Kaiser Retro versie uit 2018) niet direct terugvinden.

          • Luc Teunen

            Hoi Jan,

            kan kloppen, omdat we wel wat met hoofdstukken hebben geschoven is dat moeilijker te vinden. In mijn bestanden staat op bladzijde 32. Hieronder vind je de desbetreffende paragraaf:

            “Sicherlich gäbe es noch mehr zu erzählen über die Völker
            und Gesellschaftsformen Aventuriens, aber die Berichte der
            Hesinde-Priester von Kuslik, die als Grundlage für diesen
            Ausblick in das Leben der Aventurier dienten, lassen nicht
            viel mehr erkennen. Vielleicht findet sich später Gelegenheit,
            andere Quellen zu Rate zu ziehen, oder vielleicht gelingt es
            manchem Meister, der dies liest, seine Helden in Teile Aventuriens
            zu locken, über die den Weisen in Kuslik nichts bekannt
            ist. Wir sind zum Ende gekommen.”

            Bekijk het maar even, suggesties zijn – zoals steeds – welkom.

    • Bedankt voor het interessante leesvoer.

      Bij mijn allereerste spelgroep (die bestaat nog steeds) was de versie van de Bode uit Leeuwarden het meest geliefd.

      Indien we iets wilden weten, gold die als maatstaf. We wisten immers dat Bob “Regionalmeister” voor het Nederlandse taalgebied was.

      Wat je hier neerschrijft, Jan, zijn dingen die bij de creatie/bewerking van “De Wetten” stof tot overweging kunnen geven. Enfin,dat is wat ik denk uiteraard.

      Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    @Tsadir

    Wat een heerlijk leesvoer, ik heb zelf mij nooit zo namelijk bezig gehouden met de ‘fanzines’ en wist buiten De Morgenster, De Kobold en De Avonturijnse Bode dat ze er waren.
    Nu moet ik zeggen dat na het stoppen van De Morgenster ik überhaupt nog weinig ‘fanzines’ heb gelezen hoor.
    ik weet dat er een Quarrel tussen VZG en De Morgenster was over de naam Palantir (wat natuurlijk een trademark was van Tolkien Estate).

    Het feit dat er zo veel van dit soort magazine waren geef wel aan dat vooral (in mijn ogen) Het Spectrum/Selecta het fenomeen Rollenspelen totaal verkeerd heeft ingeschat.
    In de oudste Morgensterren is het weergegeven redactie telefoonnummer nog mijn (inmiddels oud) telefoonnummer. En geloof mij er is heel wat heen en weer gebeld voor er überhaupt een plan ‘fanzine De Morgenster’ kwam. 🙂
    Ik denk dat de frustratie bij meerdere spelersgroepen over het vooral niet komen van de uitbreidingsset (en het heen en weer gekakel al met de avonturen 5 t/m 8) dit fenomeen kwam.
    Wat De morgenster zelf betreft die was puur bedoeld voor de spelersgroep die inmiddels naar de zelfde naam luisterde. Het succes van het blad, tja, dat kwam dus echt door dat er een laak aan interesse bij de uitgever was, soms wilde ik dat ik mijn telefoonrekeningen bewaard had.
    Ik denk dat het D-Day van Le Grande Armee was (of één of andere meeting van dit soort spellen) waar we ‘mede OdM liefhebbers’ tegen kwamen en bekend werd dat wij deze fanzines hadden.
    De helaas afgelopen jaar overleden Rinus van der Sterren begon in een van tijd werkelijk leden te werven en de brie(b)venbus liep ook nog eens vol met aanvragen.
    Mijn idee is dat dit zo een beetje de oorzaak is dat er toch nog wel wat fanzines verschenen.
    Misschien moet ik er serieus over denken om eens iets te schrijven …. hoe en wat nu de opkomst (en val) van dat legendarische blad was…. stof om na te denken, wie weet dat er animo is om (en geloof mij ik weet maar een kwart hahaha) zo iets te lezen… ook voor Luc en de zijne interessant om niet in de valkuilen van Selecta telopen 🙂

    Beantwoorden
  • Dag Luc,

    Ik kon niet meer rechtstreeks onder jouw kadertje antwoorden, dus ik hoop dat je mijn antwoord hier vindt:
    De paragraaf is volgens mij grotendeels goed zoals ze is, op “sociale vormen” na. In het Duits stond inderdaad “Gesellschaftsformen”, zoals ik al vermoedde.
    Ik zou dat door “samenlevingsvormen”, “maatschappijvormen” of misschien gewoon “samenlevingen” vertalen.

    En misschien een andere kleine suggestie (maar minder belangrijk): in plaats van “sommige van de Meesters” zou ik eerder gewoon “sommige Meesters” gebruiken.

    Groetjes,
    Jan

    Beantwoorden
  • De reacties en voorstellen swingen de pan uit. Ik ben sinds gisteren (namiddag) niet meer op de site geweest en hol spreekwoordelijk wat achter de feiten aan.

    1. Uiteraard was ik de “Aventurischer Bote” vergeten en daar komt de Schelm inderdaad voor in #11. Ik had de Duitse Bodes al lang niet meer bekeken. Of de Heks hier ooit in voorkwam, weet ik niet. Ik zou dan de eerste 20/25(?) nummers eens opnieuw moeten bekijken.

    2. Er is inderdaad een wat “eigenaardige” overgangsperiode geweest tussen DSA1 en DSA2. Het ontbreken van de vertaalde “Ausbau Regeln” deed daar – zoals Sjon al aanhaalde – zeker geen goed aan. Hoewel er ook verwarring bestond bij de Duitse uitgaves.

    3. Persoonlijk – maar dat is puur mijn idee – was DSA2 zelfs helemaal niet nodig. Zelf zou ik onmiddellijk de regels hebben uitgebracht zoals ze in DSA3 staan.
    In DSA2 had je bijvoorbeeld die 5 bijkomende negatieve eigenschappen. Waarom dan niet dadelijk de 2 extra positieve eigenschappen en 7 negatieve eigenschappen uitbrengen? Dit had imo de moeilijheidsgraad niet verhoogd.

    4. Niettegenstaande ik het ontbreken van de Woudelf spijtig zou vinden (omdat hij deel uitmaakte van het “historische” ODM1) begrijp ik de reden die Luc aangeeft. Er zijn inderdaad meerdere elfenculturen. Anderzijds wordt er in “Onder het Noorderlicht” al een tipje van de sluier opgelicht zoals Jan zegt.

    5. Er zijn inderdaad ook meerdere dwergenculturen die dan weer niet worden vermeld in de ODM1-avonturen.

    6. Als ik het goed begrijp zouden de voornaamste zaken qua geografie en etnologie dus niet worden opgenomen in “De Wetten”? Een tipje van de sluier oplichten zoals Jan zegt, zou toch wel een geweldig idee zijn om de interesse naar latere producties op te wekken.

    7. Wat de blauwe/gele/rode hoeken van de avonturen betreft … in de eerste boeken werd achteraan de laatste pagina eveneens vermeld “welke avonturen” bij “welke versie” hoorden. Daar zijn ze dan mee gestopt vanaf het illustere avontuur #21 “Fluch des Mantikor”, dus daar waar de verwarring begon aangaande DSA1/DSA2.

    8. Qua vertaling van “Gesellschaftsformen” zou ik persoonlijk opteren voor “samenlevingen”.

    9. Algemene opmerking: persoonlijk zou ik ODM1 niet “mengen” met andere versies.

    10. Tenzij je ODM2 laat voor wat het is en onmiddellijk naar het regelwerk overschakelt dat we nu kennen als ODM3. In dat geval zou je de “SH”-reeks en de “regio-dozen” uit ODM2 kunnen uitbrengen als uitbreidingen/regelboeken voor ODM1 (uiteraard mits enige bewerking). Zie ook mijn derde puntje hierboven. Uiteraard veronderstel ik dat dit voor Ulisses niet kan.

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Hoi, Gunter,

      2. Klopt, met het uitbrengen van de uitbreidingsregels zweefden daar een tijd 2 systemen (B en A) naats elkaar en zoiets kan voor verwarring zorgen.

      3 en 10. Daar heeft elke fan zo zijn eigen idee over :D. De ene wilt OdM 1 ondersteund zien, de andere zweert bij OdM 2 en 3. Ze hebben allemaal hun waarde. We springen hierna idd wel eerst naar OdM 3 voor we OdM 2 aanpakken, maar dat is meer vanwege praktische overwegingen. UItbreidingen/avonturen van OdM 2 als OdM 1 uitbrengen gaat toch niet zomaar lukken. Beter om dat gescheiden te houden, zie ook opmerking 9.

      4. De woudelf wordt ook vermeld in de wereldbeschrijving van de Wetten, maar daar haalt men aan dat je hem meestal niet als held tegenkomt. En dat is mijn grote probleem met het type: hij ‘botst’ op verschillende plaatsen met de rest van het regelboek. Het klopt niet helemaal. Het Regelboek zit logischer en consequenter in elkaar zonder de woudelf als type. Wederom, we hebben het erover gehad, hij is er in en uit gesprongen, maar ondertussen al even uit :). We plaatsen hem volledig achteraan in de Zwarte Sikkel omdat je dan via het solo-avontuur in contact komt met de woudelfen en daarna kan beslissen of je iets met dat heldentype wilt doen.

      6. Dat heb je helemaal verkeerd gelezen. In de Duitse uitbreidingsdoos zaten 2 boeken: 1 met regels waarin we gesnoeid hebben, en 1 met een beschrijving van de landen, volkeren, creaturen, Goden en geschiedenis van Aventurië. Dat vind je INTEGRAAL vertaald in delen VII tot en met X. Het gesprek met Jan ging over het voorstel om dat nog verder uit te breiden, waar ik dan even de laatste woorden van de wetten heb laten klinken. Gewoon omdat ik het persoonlijk beter vind om hier te stoppen. Je hebt nu een fijn, dik boek van lekker 200 bladzijden met louter OdM 1 materiaal. Waarom zou je dat uitbreiden met materiaal uit de volgende edities en, nog belangrijker, waar stop je? Ik kan er perfect een boek van 783 bladzijden van maken en nog niet alles verteld hebben.

      7. Dat is nog een puntje dat klaar moet zijn tegen we de eerste avonturen effectief willen drukken. Hoe maken we duidelijk bij welke regelset een avontuur het best aansluit. We werken ook gestaag door aan een ‘schakelbestand’ waarmee je een aantal tips/ tabellen/en dergelijke krijgt zodat je een OdM avontuur van welke versie ook gemakkelijker in een andere versie kan gebruiken. Maar dat is niet simpel omdat ook alle regelwerken nog niet volledig vastliggen. De Wetten ligt echt wel voor 95 {415abdd739027f5140276b59ed74800c6324a395b51d2ec5546b8ff4dc05b437} vast. Ik heb gisteren het laatste deeltje toegevoegd, maar bij de andere zijn er nog wel wat losse eindjes, zoals bijvoorbeeld de talenten doorheen de verschillende versies heen. OdM 5 ligt vast, OdM 3 ligt in overlegfase, over OdM 2 is gebrainstormd en bij OdM 4 is er iemand een voorstel aan het opmaken. Waarbij we niet willen gezegd hebben dat we aan een OdM 4 Regelwerk bezig zijn. Integendeel. Daar blijven we van weg. Maar er zijn wel steengoede OdM 4 avonturen.

      8. Aangepast in de Wetten. Dat zie je dan weer in de volgende update.

      9. Akkoord.

      Vriendelijke groeten
      Luc

      Beantwoorden
  • Nog een voorstel: kan het “Document van de Kracht” niet wat aangepast worden?

    1. Voor de wapens zou er eigenlijk plaats moeten zijn om de AV en AW van het betreffende wapen te noteren. Spelers denken dikwijls niet aan de “aftrek” die sommige wapens geven.

    2. Voor de meegedragen voorwerpen zou een plaats om het gewicht van het betreffende voorwerp te noteren ook geen overbodige luxe zijn.

    Dit kan perfect op één zijde van een blad. Ik heb er zo eentje gemaakt voor mijn ODM1-groepje. Ik kan dat altijd doorsturen aan de mensen die geïnteresseerd zijn.

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Je mag dat altijd even doorsturen, focus ligt nu op de Wetten, maar er wordt ook gestaag gewerkt aan heldendocumenten, landkaarten, meesterschermen en dergelijke.

      Beantwoorden
  • Nog een paar puntjes i.v.m. “De Wetten”:

    1. Kunnen de lijsten met “te koop aangeboden producten” eventueel ook het extra materiaal uit “Ausbau” bevatten (wapenrustingen, wapens en andere “waren”)?

    2. Wordt er echt overgeschakeld op BP i.p.v. het meer vertrouwde BW? In “De Wetten” wordt het woordje wapenrusting nog steeds meer gebruikt dan pantser.

    3. Iets waar ik het altijd moeilijk mee heb gehad (al sedert de allereerste DSA/ODM1) is het ontbreken van een mogelijkheid om LE/AE terug te winnen door een goede nachtrust. Is dit niet iets dat kan toegevoegd worden? Moet daar echt op gewacht worden tot de uitgave van ODM2/3?

    4. Een waarschijnlijk niet te verwezenlijken punt: kan de kaft (voorzijde) van “De Wetten” niet de afbeelding krijgen die door Selecta/Het Spectrum op de basisdoos werd gezet? Die spreekt zoveel meer aan voor nieuwe spelers naar mijn bescheiden mening.
    Wanneer ik – louter persoonlijk uiteraard – het nieuwe boek in de winkel zou zien staan, zou de oude afbeelding mij veel meer aanspreken. Het geeft d.m.v. een tekening al onmiddellijk aan waaraan ik me kan verwachten.

    Günter

    Beantwoorden
    • Luc Teunen

      Hoi, Gunter,

      merci voor de input, hier alvast mijn hersenspinsels:

      1. Dat is voor update 2. Update 1 haalt al wat fouten uit het boek, doet een aantal ‘zoek en vervangingen, past al een eerste aanpassing qua lay-out toe en zeer belangrijk: zet de hoofdstukken vast (wat mij betreft toch). Het laatste (nou, ja, eerste hoofdstukje) is gisteren toegevoegd. Update 3 houdt zich bezig met het aanvullen binnen hoofdstukken met de laatste extra informatie en ‘optionele regels’ – zie puntje 3.

      2. Ondertussen zijn we al een keertje doorheen het boek gegaan en staat er al meer pantser in. BP is een blijver. Je kan perfect BW blijven gebruiken, varianten van het heldendocument met BW er op kan perfect. We willen de heldendocumenten van OdM Klassiek ‘free domain’ maken, zodat daar vrij kan uitgewisseld en gemodificieerd kan worden. De vraag of dat dat kan en mag is vertrokken.

      3. Dit soort kleine zaken (waaronder ook je opmerking rond Zintuigen (Waarnemen)) die echt gemist worden in de Wetten, zouden we als ‘optionele regels’ willen toevoegen. Het zijn geen OdM 1 regels, ze zijn zeer compact in omvang en zeer beperkt in het toevoegen van complexiteit. Zintuigen (Waarnemen) gaat volgens mij zelfs de zaken voor de meester versimpelen. Hoewel dit voor update 2 is, mag je gerust een klein tekstje voorstellen (graag via mail deze keer). We bekijken dat dan, passen eventueel aan en zetten het in de facebookgroep ter discussie en feedback. We kunnen op dat moment ook aan Frank vragen om het als een nieuw item te posten. (Dit draadje begint vol te geraken 😉 )

      4. Misschien goed om te melden dat de omslagafbeelding een placeholder is. Daar willen we graag iets anders. Op dit moment zijn er 3 opties:
      – Een collectors edition omslag: die zou een bruinlederen uitstraling hebben met een gouden silhouette tekening van het oog.
      – Een afbeelding in de aard van wat jij voorstelde/ omslag odm2 (helden van Aventurië). Persoonlijk vind ik de afbeelding van de Selectadoos (Basisdoos OdM 1) minder geschikt vanwege het prehistorisch karakter van de prent.
      – Een volledig nieuwe tekening.
      We zijn hier nog niet uit, voorstellen zijn welkom, hoe meer, hoe beter. Misschien doen we daar wel een poll over, tenzij het optie 3 wordt, dan niet. Een voorstel van wat er op een nieuwe tekening zou moeten te staan komen, is ook altijd welkom. Het zou echt OdM/ Aventurië moeten uitstralen. Een link met Havena, enige regiobeschrijving van OdM 1, lijkt me ook wel leuk.

      Alvast bedankt voor de voorstellen, met een aantal zaken waren we reeds bezig, maar er zat ook stof tot nadenken in.

      Vriendelijke groeten,
      Luc

      Beantwoorden
      • Ik heb geen problemen met de huidige cover. Maar de afbeelding van het Ausbauspiel (heldengroep + draak) zou ook een optie kunnen zijn.

        Beantwoorden
        • Sowieso zou het voor OdM 1 Klassiek een cover van Holitzka of Biswanger moeten zijn, de oorspronkelijke cover-artiesten uit 1984-86.
          Zelfs Ugurcan Yüce zou voor de cover van OdM 1 Klassiek al te ‘nieuw’ zijn. Maar wel de goede keuze voor OdM 2 & 3 Klassiek.

          Beantwoorden
          • Sjon Noordhoek

            @Luc, @Tsadir en @Gunter

            Zou deze ausbau spiel niet gewoon als extra in de trend “collectors item” uitgebracht kunnen worden, omdat het op wat fanzines na überhaupt nooit verschenen is… dus buiten de Klassieke reeks om?

            Zo maar een hersenspinsel van mij hoor…

          • Luc Teunen

            Als we voor optie 2 gaan, maar laten we toch eerst de blik openhouden voor we het te veel gaan beperken.

          • Een nieuwe cover zou wat vloeken met het ‘Klassiek’ concept, vind ik.

            Persoonlijk zie ik vier mogelijkheden voor de cover van De Wetten van Aventurië (OdM 1 Klassiek):
            – De cover van het Boek van de Regels, momenteel ook die van de Beta versie van de Wetten (Holitzka)
            – De cover van het Boek van Avontuur (Holitzka)
            – De cover van het Basisspel (Biswanger)
            – De cover van het Ausbauspiel (Biswanger)

            Of een bruin- of zwartlederen collectors item omslag zou ook kunnen (rood, groen of blauw leder trouwens ook). Maar misschien is dit eerder een luxe-optie voor de echte liefhebbers (zoals de luxeversie van het Regelwerk van OdM 5).

          • Luc Teunen

            Tja, dat hangt van de artiest af, niet?

            Als iemand de sfeer van de OdM 1 tijd kan weergeven, gaande van het Boek der Regels 1 tot en met Havena, van Herberg het Zwarte Everzwijn tot Dode Wijn en van Samenzwering in Gareth tot De vaart van de Korisande. Dat zijn de parameters.
            OdM Klassiek is ook geen OdM 1. De insteek is om dat authentiek te houden, maar daar zitten ook termen in die wij samen hebben vastgelegd in 2018-2019 voor OdM 5 en dus ook voor OdM Universeel.

            Ik denk ook dat je je mispakt op bruinlederen uitstraling. Ik zie dat momenteel niet als een lederen omslag, noch als een kunstlederen omslag, maar als gedrukt met een bruinlederen uitzicht. Dus als in: je zoekt een foto van een bruin leren vel en je gebruikt dat met een gouden silhouttekening.

            Ik wil de oude boeken herdrukken en zo mooi mogelijk, maar ze gaan niet de afwerking kunnen krijgen als de OdM 5 Regelboeken, tenzij je er een 500 weggewerkt krijgt.

            Terug naar de omslag: voorstellen en bedenkingen zijn zeer welkom, maar laten we nog even wachten met wat hij niet mag worden en ons nog even focussen op wat hij wel zou kunnen zijn.

      • @Luc

        Bedankt voor de verhelderende antwoorden. Wanneer jullie “BP” verkiezen, ga ik dat uiteraard ook met mijn spelers doen.

        Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    Nog steeds mega interessant leesvoer.

    Ik zie wel puntjes…. taxeren/schatten en of inschatten… je kan een schilderij laten taxeren, een situatie taxeren ook wel, inschatten vind ik zelf dan prettiger… wat waarden bv een zwaard betreffende dat schat je in, of iemand taxeren werkt…. in mijn gevoel niet… maar zijn maar mijn kronkels

    Beantwoorden
  • @Sjon

    Hier zit je weer met het verschil tussen “Vlaams” Nederlands en “Nederlands” Nederlands.
    Voor jullie komt dit anders over dan voor ons.

    De geschiedenis heeft er voor gezorgd dat er een -zij het klein – onderscheid bestaat tussen “Vlaams” en “Nederlands”.

    Beantwoorden
    • Sjon Noordhoek

      Daarom dat ik het mega interessant vind Gunter 🙂
      En ach het is niet voor niets dat Vlamingen messtal een spelprogramma als 10 voor taal wonnen

      Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    Daarom dat ik het mega interessant vind Gunter 🙂
    En ach het is niet voor niets dat Vlamingen meestal een spelprogramma als 10 voor taal wonnen

    Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    @Luc

    Ik opperde de ausbau doos als ‘collection edition’ ook als optie alleen om hen die juist aan de OdM 1 regels hangen hun talenten tabellen te behouden, nu is daar natuurlijk het alternatief van De Morgenster ook best te gebruiken voor, en als ik @Tsadir moet geloven voldoet deze perfect, maar niet iedereen heeft deze. En ze zijn bijna 1 op 1 over te nemen natuurlijk, met dan de LT benamingen…
    Ik proef toch een beetje (niet alleen hier) juist de weemoed naar weglaten…
    Ik zelf kan prima zonder ze en ben best vrolijk van wat ik in De Wetten Van Aventurië aan het lezen bent…. laatste terzijde

    Beantwoorden
    • Ik weet dat alle talenten van het uitbreidingsspel in de boven genoemde Morgensterren staan. Of ze ook echt allemaal volledig en juist vertaald zijn, heb ik niet gecheckt. Maar ik herinner me geen problemen.

      Beantwoorden
      • Sjon Noordhoek

        @Tsadir
        In grote lijnen zullen ze best kloppen, natuurlijk zullen er kleinigheden in staan, die nu anders zijn of benoemd zijn… maar inderdaad algemeen lijken mij ze bruikbaar…
        Zoals Vince op RRP zei je hoef toch niet het wiel opnieuw uit te vinden…. maar goed da’s mijn opinie als je uit wil brengen om odm1 liefhebbers tegemoet komen

        Beantwoorden
  • @Tsadir

    Wanneer je het inderdaad wil houden bij de cover-illustrators van ODM1 dan kom je uit bij Holizka en Biswanger.

    We vergeten echter ook Ugurcan Yüce die de cover tekende van “DSA-Professional Schwertmeister” en dat verscheen nog voor DSA2.
    Zijn tekeningen zouden ook mooi staan als cover voor “De Wetten” en ik denk dat dit aan de sfeer beantwoordt die Luc bedoelt.

    Ik weet niet wat de andere mensen hierover denken, het zou leuk zijn om dit te vernemen.

    Beantwoorden
    • Dat klopt, maar het werk van Ugurcan Yüce zal al (bijna) zeker de covers van OdM 2 en 3 Klassiek sieren. Dat was echt wel zijn bloeiperiode. Toen was zijn werk echt dominant. Ten tijde van DSA 1 nog niet, behalve de laatste DSA 1 avonturen.
      En die Schwertmeister regels waren eigenlijk ook niet echt OdM 1, en hadden als setting ook niet Aventurië maar Tharun…

      OdM 1 Klassiek, en de covers van Holitzka en Biswanger, roepen de mysterieuze sfeer van een duister sprookje op. Ze doen dat elk op een verschillende manier, maar beiden heel passend voor een spel zoals OdM/DSA 1, waar de wereld nog vol mysterie zat. Het technisch iets minder volmaakte wordt ruimschoots gecompenseerd door de sfeer die de covers uitademen, en draagt daar m.i. zelfs toe bij.
      Ik kon als 13-14 jarige minutenlang naar die covers kijken, en constant nieuwe zaken ontdekken, die dan weer een nieuw verhaal of mysterie opriepen (vooral bij Holitzka, die zo fantasierijk verschillende elementen uit een boek tot een mysterieus en spannend geheel kon verweven).
      Ik kan enkel voor mezelf spreken, maar vermoed dat nog vele nostalgici daar zo over denken.

      Vanaf DSA 2 en zeker 3 stond al veel meer vast, en daar passen de ‘volwassener’ stijl en techniek van Ugurcan dan weer beter bij. Hij heeft absoluut prachtige, technisch perfecte covers voor DSA 2 en 3 gemaakt, al had hij soms een iets te grote voorliefde voor hangsnorren en bodybuilders.

      Gezien we bijna zeker Ugurcan Yüce’s werk op de covers van OdM 2 en 3 Klassiek zullen zien (waar ik ook voorstander van ben), zou ik het een beetje ‘overkill’ vinden om hem ook voor de cover van OdM 1 Klassiek te gebruiken.

      Dat is mijn persoonlijke mening, en natuurlijk mag iedereen de zijne/hare geven! 🙂

      Beantwoorden
  • Sjon Noordhoek

    In general maakt de cover tekening niet zo heel veel uit. Vind best dat er verschillen in mogen.
    Wat logo, tja… dat mag van mij het origineel blijven… het is natuurlijk retro….
    Ik denk ook dat het puur bij de diehards leeft.
    Ik vind niet dat het in uiterlijk op bv OdM 5 moet gaan lijken, hoe mooi ik die kleuren tekeningen ook vind… OdM 1 is 1 en mag best er zo uit blijven zien, houd OdM 5 ook apart…

    Beantwoorden
  • @Sjon, @Tsadir

    Ik veronderstel dat het de bedoeling is dat OdM1 qua “uitzicht” (en nu spreek ik met de geïnteresseerde koper “in mind”) verschillend is van de andere versies van OdM, en al zeker van OdM5.

    Het vasthouden aan de “omslagtekeningen” van de eerste tekenaars kan daarbij belangrijk zijn.

    Zoals Tsadir hier al aangaf, zijn Holitzka en Biswanger misschien wel de aangewezen optie.

    Yüce vind ik persoonlijk ook kunnen omdat zijn eerste werk ook al dateert van de eerste jaren van DSA. Uiteraard is de wereld van de “Schwertmeisters” het huidige “Tharun” en is dat misschien minder passend bij de wereld van “Aventurië”. Het situeert zich echter eveneens op de wereld “Dere” net zoals “Aventurië”.
    En – toegegeven – de stijl van Yüce is helemaal anders.

    Moet de tekening op de kaft trouwens een illustratie zijn die 37 jaar geleden eveneens op de voorzijde van een doos/regelboek voorkwam? Indien niet had je als tekenaar van het eerste uur ook nog Bryan Talbot.

    Beantwoorden
    • Sjon Noordhoek

      @Gunter

      Als ik zei, een cover tekening maak mij niet zo heel veel uit, ze mogen best opgeluisterd worden zo als nu zijn in de bèta pdf’s… blijven ze het zelfde … ook oké.

      De inner tekeningen vind ik wel mooier zwart wit, maar da’s meer het retro gevoel.
      Maar er nog wat mij betreft best verschil in het artwork zitten tussen 1 en 5.
      Hoewel ik het artwork in OdM 5 prachtig vind voel het wat mij betreft niet passend… niet zo’n jaren 80 gevoel, en gelukkig maar, want OdM 5 is van nu

      Beantwoorden
    • Ik ben ook een een grote fan van de illustraties van Bryan Talbot (en ook Ina Kramer) in de begindagen van DSA/OdM.
      Alleen zijn die illustraties enkel in zwart/wit. Perfect voor illustraties in de boeken, maar ook in 1984 waren de covers in kleur…
      Bij mijn weten heeft noch Bryan Talbot, noch Ina Kramer ooit een cover voor DSA 1 gemaakt.
      Er kan natuurlijk voor een zwart/wit illustratie van één van beiden gekozen worden als cover, maar ik denk dat een cover in kleur toch beter staat…

      Beantwoorden
      • @Tsadir

        Inderdaa, Bryan Talbot en Ina Kramer hebben ook volgens mij nooit een cover voor DSA1 gemaakt.

        Een zwart-wit tekening kan evenmin op een cover gebruikt worden tenzij die “rechtens” zou kunnen ingekleurd worden.

        Het dus best houden bij de al hoger vernoemde tekenaars.

        @Sjon

        Het “art work” van de uitgaven van DSA5/OdM5 neemt inderdaad helemaal dat “jaren ’80” gevoel weg en is bij “De Wetten” niet echt geschikt. Het moet inderdaad “Klassiek” blijven.

        Beantwoorden
        • Luc Teunen

          OdM 5 materiaal is nooit een optie geweest. We gebruiken enkel de achterflap van de OdM 5 omslag om de verschillende versies visueel te verbinden. En het OdM 5 logo natuurlijk.

          Maar artwork is een no-go en heb ik ook nooit voorgesteld 🙂

          Beantwoorden
          • Luc Teunen

            Laatste zinnetje moet natuurlijk ‘OdM 5 artwork zijn’ …

  • @Luc

    Misschien kan er ergens op de kaft (voor- en/of achterzijde) vermeld worden dat “De Wetten van Aventurië” beginnende spelers en spelmeesters op het oog heeft.

    Beantwoorden
  • Nog een kleine suggestie voor de Wetten van Aventurië:

    Ik zou van de Breukfactor een optionele regel maken (in een apart kadertje of zo; edit: ik zie dat ze nu al in een kadertje staat), of ze misschien zelfs durven weglaten. Maar een optionele regel is voor elk wat wils, dus misschien de beste oplossing.
    Maar ook in dat geval zou ik er een soort waarschuwing bij zetten dat deze regel in feite niet goed doordacht was, wat de auteurs later zelf ook toegaven. Iets in de trant van “optie te gebruiken op eigen risico”…

    Strikt genomen moest bij *elke* gelukte afweer voor beide wapens op de Breukfactor gedobbeld worden om te zien of ze niet braken.
    Dat haalde 1) enorm de vaart uit een gevecht, en 2) leidde tot een onrealistisch en zelfs absurd hoog aantal gebroken wapens (wat in de youtube let’s plays van de klassieke DSA 1 avonturen op hilarische wijze tot uiting komt).
    Beiden weinig aantrekkelijk, en al zeker niet voor beginnende spelers…
    Ook indertijd werd die Breukfactor in de meeste groepen al grotendeels weggelaten of ‘vergeten’ wegens te omslachtig en frustrerend.

    Werner Fuchs zei hierover later zelf dat ze toen (in hun haast om de spelregels tegen de deadline af te krijgen?) te weinig rekening hielden met / geen idee hadden van statistische waarschijnlijkheid en dat ze dat achteraf bekeken anders zouden hebben aangepakt.
    Het is ook geen toeval dat de Breukfactor in latere edities (vanaf DSA 2 al, toen testte je enkel als de AV en AW worpen exact gelijk waren, dacht ik) grondig anders werd afgehandeld. En later (DSA 5) zelfs helemaal weggelaten, ondanks het feit dat de rest van het spel gaandeweg complexer werd.

    Beantwoorden
    • Sjon Noordhoek

      Nu moet ik diep graven in mijn geheugen.. . Maar ik dacht dat wij wel bij wapengekletter breukfactor gebruikte maar niet bij zwaard tegen bv knuppel voor het zwaard.
      Realisme werd door de spelleider in de gaten gehouden, meestal vroeg één van de spelleider (wat meestal Cor, Ed D en haar eigen avonturen Barbara) er om als ze dachten dat het nodig was…
      Je zou er een regel voor kunnen verzinnen, maar denk dat als je 2 zwaarden tegen elkaar laat kletteren er altijd een kans is dat ze breken, terwijl als een zwaard een lans raakt dit niet zo snel gebeurd, heb je geen rol van dobbelstenen nodig terwijl de lans wel een kans tot breken heeft…

      Beantwoorden
      • Luc Teunen

        Ik heb hem even optioneel gemaakt.

        @Gunter en Jan: misschien is dit ook we eentje waar een aantal voorbeelden handig kunnen zijn om te laten zien waar je het wel of niet zou doen.

        Beantwoorden
      • Twee zwaarden (met elk BF 2) tegen elkaar laten kletteren, zorgt voor een kans van 1 op 36 voor elk van beide zwaarden dat het breekt. Vermenigvuldig dit met het aantal keren afweren in een gemiddeld (OdM/DSA 1) avontuur, en je krijgt (gemiddeld) een absurd hoog aantal gebroken zwaarden.
        En dan heb ik het nog maar over de stevigste (BF 2) wapens.

        De auteurs van DSA 2 waren (grotendeels) dezelfde als van DSA 1 (Werner Fuchs en Ulrich Kiesow), en hadden bij DSA 2 hun statistische fout ingezien: ze behielden de BF met dezelfde waarden, maar er moest enkel nog op de BF gedobbeld worden als de D20 worpen voor een gelukte AV en daaropvolgende gelukte AW exact gelijk waren.
        Dat zorgde tegelijkertijd voor een vlottere AV/AW sequentie én voor een kleiner en dus ‘realistischer’ aantal gebroken wapens.
        Met de BF regels van OdM/DSA 1 lijkt elk metalen wapen roestig, en elke houten steel vermolmd…

        Want als we het ‘historisch’ gaan bekijken: zo snel braken (oorlogs)wapens eigenlijk niet!…
        Die waren echt gemaakt voor stevigheid.
        Met uitzondering van bronzen tegen ijzeren zwaarden, heel oude, verroeste, vermolmde,… wapens etc. zou een gebroken wapen eerder iets uitzonderlijks moeten zijn (wat het vanaf DSA 2 ook was).

        Beantwoorden
    • Luc Teunen

      @ Jan – Nog een aanvulling op de Breukfactor:
      – Bestaat wel degelijk in OdM 5, maar niet in het Regelwerk.
      – Het is een Focusregel I, te vinden in de Aventurijnse Wapenkamer, bladzijde 114-115. Dus in OdM 5 optioneel.

      Dus bij het optioneel maken en uitbreiden van de regels rond Breukfactor is dat iets dat ik meeneem. Ik bekijk dat wat meer gedetailleerd tijdens het weekend.

      Beantwoorden
      • Inderdaad. Ik bedoelde het OdM/DSA 5 Regelwerk, maar had me niet duidelijk uitgedrukt.

        Beantwoorden
  • Aangaande BF van wapens.

    Ik had dit ook als aandachtspunt op een papiertje staan (ik heb er trouwens nog enkele). Ik ga akkoord met Jan wanneer hij zegt dat het nogal onrealistisch was.

    Ik vind het idee van Sjon niet slecht om het alleen te gebruiken bij een “treffen” tussen bepaalde types van waapens.

    Met onze oudste spelgroep gebruikten wij BF uitsluitend wanneer er een Meesterlijke Slag werd uitgedeeld. Volgens de OdM1-regels kan een Meesterlijke Slag/Aanval door de verdediger niet afgeweerd worden. Maar wij gingen er toen van uit dat je die verschrikkelijke klap niet zomaar eventjes stond “af te wachten”, je kon hem alleen niet tijdig blokken hoewel je dat wel probeerde met je wapen.

    Wij besloten toen om alleen voor BF te rollen indien je het slachtoffer was van een Meesterlijke Slag. Die slag was als het ware afgegleden langs jouw eigen wapen. Bij ons moest dan degene die een Meesterlijke slag kreeg zijn BF checken.

    Dat gaf veel minder werk omdat het ook veel minder gebeurde.

    Beantwoorden
    • *Het moet uiteraard “wapens” zijn en niet “waapens” (typfoutje).

      @Frank

      Bestaat er geen mogelijkheid om je teksten hier nog te bewerken (in het forum kan dat wel)?

      Beantwoorden
      • Maar voor “De Wetten van Aventurië” zal @Luc misschien liever naar de oplossingen kijken die vanuit DSA zelf kwamen?

        De correctie in DSA 2 dat je BF enkel test bij exact gelijke AV en AW worpen, zou je perfect ook op DSA 1 kunnen toepassen. De BF waarden lijken me tussen die 2 edities ook niet veranderd te zijn.

        In DSA 2 voegden ze er nog aan toe dat indien een wapen na een BF test niet brak, de BF toch met een puntje steeg. Dat zou “de Wetten van Aventurië” misschien een tikkeltje te ingewikkeld maken?
        Dus dit laatste puntje kan dan misschien tot OdM 2 Klassiek wachten?

        Beantwoorden
  • Toevoeging aan mijn antwoord hier net boven:

    wij namen van een ander rollenspel (AD&D, WFRP, ME, … ik weet het niet meer) ook het gebruik over van een wapenverzorgingsset. Die kon je kopen bij smeden, op markten, in steden, enz.

    Het liet je toe om de BF van je wapen weer te verbeteren (slechts met 1 punt) na elk avontuur. Daarvoor moest je dan een proef tegen BE en/of SL doen.
    Voorwaarde was wel dat je je wapen dagelijks verzorgd had tijdens dat avontuur.

    Beantwoorden
    • In OdM/DSA 1 kon de BF wel nog niet stijgen.
      Ofwel brak je wapen, ofwel niet. En indien niet, dan bleef de BF dezelfde.
      Dus in OdM/DSA 1 zou die wapenverzorgingsset nog geen ‘nut’ hebben (maar msch gebruikte je die voor DSA 2?).

      Pas vanaf DSA 2 verhoogde de BF met 1 punt indien een wapen na een BF test niet brak (maar er moest vanaf DSA 2 ook veel minder op BF getest worden: enkel als de AV en AW worp exact gelijk waren).

      Beantwoorden
  • Nog een toevoeging:

    “an sich” vind ik BF wel een leuk idee. Alleen moet de “mogelijkheid erop” een heleboel beperkt worden.

    Uiteraard is dit een persoonlijk idee.

    Beantwoorden
    • Dat deden ze door in DSA 2 (of was het DSA 3?) de BF te behouden, maar er moest enkel tegen de BF gedobbeld worden als de worp voor de Afweer exact hetzelfde getal gaf als de worp voor de afgeweerde Aanval.
      Bvb ork werpt voor AV, werpt een 7 en slaagt. Held rolt voor AW, die slaagt eveneens, ook met een 7. Enkel in dat geval moet voor beide wapens op de BF gedobbeld worden.
      In DSA 1 was dat officieel (tenzij je de BF regel wegliet) na ELKE gelukte Aanval en daarop gelukte Afweer.

      Beantwoorden
  • @Gunter: Ik had je een week geleden een mailtje beloofd ivm je vertaling van Uitbreidingsregels die ik teruggevonden had. Ik dacht dat ik je emailadres had, maar blijk dat nu toch niet te vinden…
    Kun je me dat alsnog bezorgen? Dat mag eventueel ook via het Forum (al weet ik niet of daar een mogelijkheid voor privéberichten bestaat… ik heb ze toch nog niet gevonden).

    Beantwoorden
    • Edit: ik heb je emailadres toch gevonden, niet bij mijn contacten maar door ver genoeg in mijn mailbox terug te gaan. Bovenstaand berichtje mag je dus negeren.
      Tot binnenkort!

      Beantwoorden

Laat een antwoord achter aan Niels Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *